De twee K-problemen van het Nederlandse basisonderwijs
Dit artikel is verschenen in Didactief
Het ene Nederlandse kind krijgt meer kansen dan het andere. Een kabinetsplan voor een verlengde brugklas werkt averechts, denken Anna Bosman en Sezgin Cihangir.
Kansenongelijkheid is een groot probleem in het Nederlandse onderwijs. Een van de factoren die daar aan bijdragen, is dat de juf of meester van groep 8 bepaalt naar welk vervolgonderwijs de leerling gaat. Twee leerlingen met exact dezelfde Cito-score krijgen niet per se hetzelfde schooladvies. Goed presterende leerlingen uit lagere milieus krijgen een lager ‘advies’, dan diezelfde leerlingen uit hogere milieus, omdat de leerkracht veronderstelt dat ze thuis te weinig ondersteuning zullen krijgen.
Lees verder op de website van Didactief
Wij zijn het NMI
Het Nederlands Mathematisch Instituut (NMI) is een vooraanstaand onderzoekscentrum dat zich richt op wiskundig onderzoek en onderwijs.