Nieuws

Updates over NMI, onze cursussen en interessante artikelen.

Breuken moeilijk? Welnee, elk kind kan het

Dit artikel verscheen in Trouw.

Gelukkig gaat de rekentoets niet door. Het is beter om kinderen lekker te laten rekenen, schrijft Aydin Cihangir van het Nederlands Mathematisch Instituut en bedenker van Foutloos Rekenen.

Aydin Cihangir

Het is de minister van onderwijs, Arie Slob, niet gelukt om de Tweede Kamer te overtuigen van het belang van een nieuwe rekentoets voor middelbare scholieren. De toets zou – naast het plan om breuken uit het curriculum van het basisonderwijs te halen – de nieuwste oplapmaatregel zijn van de minister om het rekenonderwijs te redden.

Dat de nieuwe rekentoets niet wordt ingevoerd is goed nieuws. Met deze nieuwe en tijdelijke rekentoets zou de minister weer de focus leggen op het testen van het niveau aan het eind van de schoolcarrière, in het voorlaatste of laatste schooljaar, in plaats van het probleem aan te pakken bij het begin van de schoolcarrière, op de basisschool.

Tot op heden wordt er te weinig gerept over het feit dat het probleem in het rekenonderwijs een voortvloeisel is van het feit dat kinderen onvoldoende rekenvaardigheid bezitten als zij de basisschool verlaten. Daarom mag het duidelijk zijn dat het afschaffen van breuken of kinderen aan nog meer toetsen onderwerpen hen niet zal helpen verder te komen.

Het probleem met het te lage niveau van de rekenvaardigheid van kinderen en jongeren ligt in de basis. Kinderen wordt van begin af aan niet goed aangeleerd hoe zij moeten rekenen. Dat moet dan ook worden aangepakt.

Iets moeilijks

Verbeteringen in het fundament van het rekenonderwijs zijn hard nodig om de dramatische daling van het niveau een halt toe te roepen. Door slechte lesmethoden op de basisschool zien kinderen rekenen als iets moeilijks.

Veel leerlingen ontwikkelen daardoor niet hun rekenvaardigheid, maar juist een aversie tegen rekenen. Zij krijgen een deuk in hun zelfvertrouwen omdat het te moeilijk lijkt, terwijl het een basisvaardigheid is. Een rekentoets zal dit alleen maar erger maken.

De voorgestelde toets moest in het allerlaatste schooljaar de vaardigheden meten waarvan het fundament al op de basisschool gelegd had moeten worden. Het voorstel om een elementair onderdeel als bijvoorbeeld breuken af te schaffen, is ingegeven door een verkeerde motivatie, namelijk dat dit aspect van het rekenen nogal moeilijk zou zijn.

Foutloos

Rekenvaardigheid is voor allerlei gebeurtenissen in het leven van belang. Daarom moeten we het onderwijs niet uitkleden omdat we kinderen niet onzeker willen maken over hun rekencapaciteit, maar ervan uitgaan dat ieder kind foutloos kan leren rekenen.

Een wiskundeknobbel bestaat niet, goed rekenonderwijs wel. Het begint bij het duidelijk weergeven van getalsmatige concepten. Begin met hele getallen, kom daarna met kommagetallen en dan (natuurlijk) met breuken. Hierdoor worden de verschillen hiertussen voor de leerling concreet en ontdekt het kind het principe van de getalbewerkingen. Pas daarna kan een kind dit toepassen in rekenopgaven.

Het oefenen van deze getalbewerkingen leidt ertoe dat een leerling zich meer en meer veilig in de stof voelt en gaandeweg steeds makkelijker gaat rekenen. Want oefening baart kunst, na een goede instructie van de leerkracht.

Kortom, hopelijk legt minister Slob het advies om ‘moeilijke’ breuken af te schaffen naast zich neer. En maakt hij zich niet meer druk over de rekentoets aan het eind van het voortgezet onderwijs. Want dat is rijkelijk laat, zeven jaar te laat om precies te zijn. Terug naar de basis van het rekenen om uiteindelijk zelfverzekerd en met veel plezier te kunnen rekenen, dat moet de focus zijn van de minister. Niet kinderen onderwerpen aan onzeker makende toetsen en het afschaffen van fundamentele onderdelen uit de rekenvaardigheid.

 

Relevante artikelen